Column | Magie 2 - Jan-Hein de Wit
16685
page-template-default,page,page-id-16685,page-child,parent-pageid-16576,usm-premium-16.2-updated-2022-11-02,sfsi_plus_16.2,sfsi_plus_count_disabled,sfsi_plus_actvite_theme_default,bridge-core-3.0.1,qode-page-transition-enabled,ajax_fade,page_not_loaded,,qode-title-hidden,qode-theme-ver-28.7,qode-theme-bridge,disabled_footer_bottom,qode_header_in_grid,wpb-js-composer js-comp-ver-6.8.0,vc_responsive

2024-05 MAGIE (2)

De mens snapt niets van het leven. De vooruitgang in de wetenschap en techniek is duizelingwekkend, maar het is een illusie te denken dat dit ons helpt om vat te krijgen op de kern van ons bestaan.

 

Van onze club de Zwarte Hand (zie Magie 1) waren Robbie en Peter de twee broers. Zij waren geboren in Nederlands-Indië. Ik herinner me dat hun moeder er anders uitzag dan andere mensen. Maar hun vader was gewoon een dikke directeur van een betonfabriek.

 

Robbie en Peter lieten in ons clubhuis trots een kostbare schat zien. Het waren grote geldbiljetten. Het was geld uit Nederlands-Indië. In een blikken trommel. Ze vertelden dat ze het hadden gestolen van hun vader, de kleine leugenaars! Dat was voor mij zeer schokkend, want ik had geen idee van de wereld en kon niet bevroeden dat bankbiljetten ook waardeloze stukken papier kunnen zijn. De hele middag hebben we door het Zuiderpark gelopen om een plek te zoeken om deze schat te begraven. En uiteindelijk stonden we met onze club rondom een geheime plek. Het kleine schopje ging de grond in, het gat was diep genoeg, de trommel werd nog een keer op inhoud gecontroleerd, een spreuk werd uitgesproken en plechtige blikken werden gewisseld. De schat was begraven. We maakten heilige afspraken over geheimhouding. We hadden geen doel. De geheimhouding was het doel op zich. De magie!

 

Frater Matthé van de vijfde klas las eenmaal per week een spannend verhaal voor. Een verpletterende indruk maakte op mij het boek ‘De Waanzinnige Kluizenaar’. Het is een verhaal over een verborgen schat, een spannende zoektocht en de rol van een krankzinnige die ontsnapt is uit het gesticht (aanduidingen die al lang geleden zijn afgeschaft) en die zich ophoudt in de ruïne van een kasteel.

 

Een sfeer van Harry Potter avant la lettre. Van de inhoud van het verhaal kan ik me helemaal niets herinneren, maar de kluizenaar gebruikt een geheimschrift. Dat geheimschrift kan ik op mijn ouwe dag nog steeds feilloos gebruiken. En ik ben niet de enige. Er is een pagina op Facebook waarop enthousiastelingen ‘for sentimental reasons’ de herinneringen aan het boek en het geheimschrift koesteren. Maffe boomers.

 

Vele boodschappen heb ik geschreven in geheimschrift voor Robbie en Peter. En ook de plaats waar de schat van Robbie en Peter verborgen ligt, heb ik omschreven in geheimschrift als een heilig testament. En ik had nog meer geheimen in mijn wereldje. Het was mijn magische wereld.

 

Het leven is onbegrijpelijk. En toch hebben we de behoefte om te doen alsof we het allemaal snappen. Daartoe zien we graag patronen, lijnen en verbanden. En proberen we alles in te passen in een patroon of een regelmatige structuur. Geen chaos alsjeblief. Alles heeft betekenis. Alleen moeten we nog ontdekken wat die betekenis is. Nu, 65 jaar later, weet ik het nog steeds niet.